° Blog °

Vandaag geen waargebeurde versie van het verhaal van woensdag. Maar een terugblik op mijn retraite en hoe ik het heb ervaren.
Eerlijk gezegd ging ik er blanco in, met vooral in mijn hoofd: ‘Ik weet wat ik wil schrijven, dus als ik gewoon heel veel kan schrijven, moet dat sowieso goedkomen.’
Niet een hele enthousiaste gedachte, al had ik er wel zin in.
Ik had al wel hele goede en positieve berichten gehoord, maar ik had geen idee of het ook echt iets voor mij was.
Nou, dat kan ik inmiddels natuurlijk wel beantwoorden. Het was helemaal geweldig!!! (En ik heb ook geleerd dat ik geen drie uitroeptekens mag gebruiken, maar dat doe ik hier even lekker wel, want ik wil het van de daken schreeuwen.)
Zondagochtend om half negen stond ik op het terrein van Samaya. Het was een kwartiertje bij mij vandaan, dus ik had het kunnen fietsen.
Maar voor wie mij een beetje kent, weet dat ik dat niet gedaan heb.
En voor de mensen die mij niet zo goed kennen.
Ik ben lui.
Heel lui.
De snikhete dagen waren voorbij, maar het beloofde wel zonnig te worden. De eerste dag begon met een voorstelronde. Het was mooi om de verschillende verhalen en onderwerpen te horen van mijn medecursisten.
Toen begonnen we met de Pomodoro, pomodori, tomaten, sprintjes of hoe we het ook wilden noemen.
Het komt er in ieder geval op neer dat je 25 minuten schrijft en dan 5 minuten rust houdt, waarin je je telefoon kan checken, de benen, nek en schouders kan strekken of al het andere wat je tijdens het schrijven als smoesje gebruikt om niet te hoeven schrijven.
En dat werkt bij mij heel goed.
We hebben drie dagen gelachen, (net niet) gehuild, mooie verhalen gehoord, elkaar tips gegeven, gedanst in de regen, gewandeld en veel geluisterd naar elkaar. Er waren workshops, schrijftips gekregen, klankschaalsessies (die verrassend goed werkten). Het enige nadeel was dat het maar 3 dagen duurde. Twee dagen langer was ook heerlijk geweest. Oh ja, en de vervelende (klooster)muggen.
Ik heb heerlijke dagen gehad en kwam vol goede energie terug. En ondanks dat ik ongeveer de appels naar mijn eigen tuin kon gooien, voelde het echt alsof ik ver weg op vakantie was.
Brenda, je deed het geweldig en het lijkt me erg leuk om het nog een keer over te doen in de zomerzon in Spanje. (Voor deel drie bijvoorbeeld.)
Trots

Ik zal niet zo snel zeggen dat ik trots op mezelf ben. In ieder geval niet met volle overtuiging. Altijd heb ik wel redenen om mijn positieve gebeurtenissen om te gooien naar iets negatiefs. Bang voor de mening van anderen, bang dat mijn verhalen of woorden er niet toe doen en dat niemand erop te wachten zit.
Ik vind het hier op mijn blog en instagram heerlijk om van me af te schrijven op een humoristische manier, (tenminste dat hoop ik dan) maar ik vind het ook wel doodeng om het openbaar te maken.
Tijdens de schrijfretraite heb ik veel persoonlijke stukken geschreven. Het verhaal is dan wel fictie, maar het eerste deel van het verhaal is uit eigen ervaring.
En dat was soms best even slikken. Gelukkig was iedereen druk met zijn eigen verhaal, waardoor mijn bijna huilbuien tijdens het hysterisch typen niet opvielen, maar soms had ik het best even moeilijk.
Maar wat ben ik blij en trots op wat ik wél heb geschreven. Het is heel anders dan de geile of grappige verhalen dan hier te lezen zijn, maar ik kan nu al niet wachten om het te delen.
Daarom een stukje wat ik geschreven heb tijdens een schrijfopdracht. We moesten opschrijven: “Ik weet hoe het is om …”
En daarna “Wat weet jij daar dan allemaal van?”
Ik koos voor het onderwerp: “Ik weet hoe het is om mijn vader te verliezen” en heb daar het volgende over geschreven.
Ik kan niet huilen, maar voel de brok in mijn keel constant.
De brok die zo groot is dat hij als een baksteen in mijn maag aanvoelt.
Waar ik ook aan denk, wat ik ook doe, overal en constant voel ik die baksteen.
Ik kan echt nog wel lachen, maar kort daarna komt de angst weer omhoog
Het gemis waar de nieuwe herinneringen hadden moeten komen.
De gedachte die dagelijks omhoog komt. “wat zou hij hiervan vinden?”
De pijn die zich genesteld heeft in mijn lijf en een plekje heeft gekregen.
Soms ontsteekt dat plekje en doet het heel veel pijn en soms,
Soms zit het er.
En is het bijna oké
En daar ben ik trots op. Dus bij deze even een veer in mijn reet, een schouderklopje en een applausje.
Ik zeg het misschien niet vaak dat ik trots ben op mezelf, maar ik zorg wel altijd voor genoeg beloningen. En dat doe ik dan wel weer heel uitgebreid.
Zo staat de teller na vier dagen sinds thuiskomst op:
– Een frikandel speciaal. (Dat had ik zelfs dinsdagochtend om 8:15 al opgeschreven, toen ik bedacht dat ik dat echt wel verdiend had.)
– Een uitgebreide kappersbehandeling inclusief masker, nieuwe shampoo en noem maar op
– Een ijsje omdat ik vond dat ik dat ook wel mocht hebben
– Een donut
– Een etentje
En als ik mijn portemonnee niet vergeten was, had ik mezelf ook nog getrakteerd op een paar nieuwe schoenen. (Waar ik dan na teveel trots, nog naast zou kunnen gaan lopen.)